

In het klimaatakkoord van 2019 is voor de landbouwsector een doel gesteld om bij te dragen aan een reductie van de emissie van broeikasgassen in Nederland. De verschillende landbouwsectoren moeten hier aan bijdragen en hebben een eigen doelstelling gekregen. Het doel voor koolstofvastlegging in minerale landbouwbodems is gesteld op 0,5 Mton extra CO2-vastlegging per jaar vanaf 2030. Om dit doel te halen moest worden nagegaan wat er nodig was. Daarom is, voorafgaand aan het klimaatakkoord van 2019, in 2018 door het Ministerie van LNV een subsidie verleend om onderzoek te doen naar hoe dit doel kan worden gehaald. Dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van het onderzoeksprogramma Slim Landgebruik.
In 2019 heeft het Ministerie van LNV ook doelen gesteld voor duurzaam bodembeheer in Nederland in het Nationaal Programma Landbouwbodems (NPL). In het NPL is klimaatmitigatie één van de thema's waar duurzaam bodembeheer aan moet voldoen. Daarom is de vraag geweest om de doelen van het NPL voor wat betreft koolstofvastlegging op minerale landbouwbodems mee te laten liften met het onderzoeksprogramma Slim Landgebruik.
In de periode 2018-2023 heeft uitvoerig onderzoek plaatsgevonden naar effecten van maatregelen op o.a. koolstofvastlegging en bodemfuncties. De volgende conclusies konden worden getrokken:
Hiermee is de basis voor het behalen van het klimaatdoel voor minerale landbouwbodems in 2018-2023 gelegd. Echter, er zijn nog meerdere witte vlekken te identificeren waardoor realisatie van het doel in 2030 nog niet in beeld is. Om deze reden heeft het Ministerie van LNV voor een periode van 3 jaar subsidie verleend voor vervolgonderzoek naar koolstofvastlegging in minerale landbouw bodems.
Op basis van de resultaten uit Slim Landgebruik 2018-2023 en de recentelijke beleidsontwikkelingen is het doel voor Slim Landgebruik 2024-2026 aangescherpt tot de volgende omschrijving:
Kennisontwikkeling en kennis beschikbaar maken voor beleid en praktijk voor het verbeteren van koolstofvastlegging in minerale landbouwbodems. Dit moet bijdragen aan: